De wrakings- en verschoningskamer van Hof Arnhem-Leeuwarden wijst het verschoningsverzoek van de raadsheer af. Er zijn geen feiten en omstandigheden gebleken op grond waarvan haar onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.

Verzoekster is raadsheer bij Hof Arnhem-Leeuwarden. Voordien was zij rechter bij Rechtbank Gelderland. In die laatste hoedanigheid heeft zij aan diverse regiezittingen deelgenomen, waarbij BPM-zaken aan de orde waren van de gemachtigde A.F.M.J. Verhoeven. In hoger beroep is voor die zaken in geschil of de redelijke termijn kan worden verlengd en of daarover tijdens die regiezittingen afspraken zijn gemaakt. Verzoekster doet daarom een verschoningsverzoek.

De wrakings- en verschoningskamer van Hof Arnhem-Leeuwarden wijst het verschoningsverzoek af. Volgens art. 8:19 Awb kan een rechter verzoeken zich te mogen verschonen op grond van feiten en omstandigheden waardoor haar onpartijdigheid schade zou kunnen lijden. Hiervan is echter geen sprake. Tijdens de zitting is namelijk gebleken dat verzoekster zich die regiezittingen niet meer kan herinneren en dat de gemachtigde in hoger beroep verzoekster ook niet heeft gewraakt ondanks dat haar eerdere betrokkenheid toen wel uitdrukkelijk tijdens de zitting aan de orde is geweest.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:19

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Editie: 11 juni

Informatiesoort: VN Vandaag

334

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen