X verkoopt zijn woning op 11 oktober 2013 voor een bedrag van € 162.500. X indexeert deze verkoopprijs naar de WOZ-waardepeildatum 1 januari 2012 en komt zo op een WOZ-waarde 2013 van € 181.000. De heffingsambtenaar van de gemeente heeft op basis van verkoopcijfers van andere woningen de WOZ-waarde vastgesteld op € 196.000.
Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat het eigen verkoopcijfer van de woning bruikbaar is voor het bepalen van de WOZ-waarde, ondanks het verstrijken van ruim 21 maanden tussen peildatum en verkoop. De heffingsambtenaar vindt het eigen verkoopcijfer wel laag, maar heeft niet gesteld dat het een onzakelijke prijs betreft, zodat het verkoopcijfer als basis kan dienen. De indexering van de verkoopprijs naar de peildatum acht de rechtbank reëel. Nu de heffingsambtenaar met zijn taxatierapport niet aannemelijk heeft gemaakt dat de WOZ-waarde € 196.000 moet zijn, volgt de rechtbank de berekening van X. Het beroep is gegrond.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken
Instantie: Rechtbank Midden-Nederland
Editie: 9 april