X is eigenaar van een woning in de gemeente Coevorden die is gelegen in de nabijheid van een zogeheten mestvergistingsinstallatie. In geschil is de WOZ-waarde van deze woning.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de heffingsambtenaar niet heeft bewezen dat de WOZ-waarde van de in de buurt van een mestvergistingsinstallatie gelegen woning van X niet op een te hoog bedrag is vastgesteld. De heffingsambtenaar heeft als onderbouwing een waardematrix overgelegd waarin de waarde aan de hand van verkoopcijfers is bepaald op € 504.000 zonder een correctie wegens overlast en op € 462.000 na correctie van overlast. Met een verwijzing naar de deze matrix stelt de heffingsambtenaar zich nader op het standpunt dat de woning gewaardeerd moet worden op € 520.000 zonder de invloed van overlast. Nu de heffingsambtenaar geen onderbouwing heeft gegeven voor de waarde van € 520.000 en evenmin inzicht heeft gegeven in de overlastaftrek van 11,15 % in de matrix, is het beroep van X tegen de waardevaststelling geslaagd. Het hof stelt de WOZ-waarde in goede justitie vast op € 440.000.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17