Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt in hoger beroep dat op het aanvraagformulier voor de BPM-vrijstellingsvergunning uitdrukkelijk staat vermeld dat de auto voor ten minste 50% voor werkzaamheden buiten Nederland wordt gebruikt. Als nog niet met de (nieuwe) auto is gereden, is het niet vreemd dat de aanvraag is gehonoreerd zonder dat een km-administratie is bijgevoegd. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.
X is 25% aandeelhouder van een besloten vennootschap naar Belgisch recht (bvba), waarvan hij bedrijfsleider is. Vanaf 2012 heeft de bvba een vergunning vrijstelling BPM voor een Volkswagen Caddy. In geschil is of de vergunning in 2018 terecht is ingetrokken omdat X geen km-administratie kan overleggen. Ten minste 50% van de km’s moet namelijk zakelijk in het buitenland worden afgelegd, waarbij het woon-werkverkeer buiten beschouwing blijft. Volgens X heeft hij bij de aanvraag vermeld dat geen km-administratie wordt bijgehouden, zodat het vertrouwensbeginsel is geschonden. Rechtbank Zeeland-West-Brabant stelt de inspecteur in het gelijk. X gaat in hoger beroep.
Hof ’s-Hertogenbosch (V-N 2022/22.1.5) oordeelt dat op het aanvraagformulier uitdrukkelijk staat vermeld dat de auto voor ten minste 50% voor werkzaamheden buiten Nederland wordt gebruikt. Ook staat vermeld dat dit moet blijken uit de km-administratie. Als nog niet met de (nieuwe) auto is gereden, is het niet vreemd dat de aanvraag is gehonoreerd zonder dat een km-administratie is bijgevoegd. De km-administratie is een materiële voorwaarde, zodat X niet met ander bewijs mag komen. Mocht later een naheffing volgen, dan kan X wel alsnog stellen dat is voldaan aan de voorwaarden van een werknemersvrijstelling. X’ beroep is ongegrond. X gaat in cassatie, maar motiveert het beroep niet. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.
Wetsartikelen:
Uitvoeringsbesluit belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 2
Uitvoeringsbesluit belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 3
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hoge Raad
Editie: 19 juli