X is werkzaam als musicus en is ook gediplomeerd zorgverlener. Naast haar inkomsten als musicus, geniet X ook inkomsten uit PGB's van haar echtgenoot, broer en neef. In geschil is of X winst uit onderneming geniet.
Hof Den Haag (MK I, 28 maart 2017, BK-16/00173 en BK-16/00175, V-N Vandaag 2017/1012) oordeelt dat X geen winst uit onderneming geniet. Het hof overweegt daarbij dat X alleen maar zorg verleent aan drie familieleden en niet naar buiten treedt met haar zorgactiviteiten. Verder merkt het hof op dat X niet staat ingeschreven in het BIG-register, noch bij de Kamer van Koophandel, en zich niet heeft aangesloten bij een beroepsorganisatie of een bemiddelingsbureau. Ook is volgens het hof niet aannemelijk geworden dat zij wezenlijk ondernemersrisico loopt. Het gelijk is aan de inspecteur.
De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.2