Belanghebbende, X, huurt samen met een andere persoon een zelfstandige woonruimte met (eigen) sanitair en keuken. Op hetzelfde adres is nog een zelfstandige woonruimte aanwezig eveneens met (eigen) sanitair en keuken die door een derde persoon wordt gehuurd. Deze tweede woonruimte beschikt niet over eigen aansluitingen voor gas, water, elektriciteit, kabel en internet. Het waterschap legt aan X een aanslag zuiveringsheffing op naar drie vervuilingseenheden. X is het niet eens met de tariefstructuur in de verordening zuiveringsheffing, waarin aansluiting wordt gezocht bij een aantal vervuilingseenheden afhankelijk van de omstandigheid dat een woonruimte wordt bewoond door één persoon dan wel door een "gezin of daarmee gelijk te stellen leefeenheid". Dit is volgens X strijdig met art. 8 EVRM. Daarbij is voor X cruciaal dat wordt aangesloten bij een "gezin of daarmee gelijk te stellen leefeenheid". Nu in de situatie van X hij geen andere relatie met zijn medebewoonster heeft dan dat zij samen het appartement bewonen en hij wordt aangeslagen voor het geheel en de verordening niet voorziet in een verhaalsrecht op medebewoners, acht hij zijn persoonlijke levenssfeer geschonden.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat aan X terecht een aanslag zuiveringsheffing is opgelegd naar drie vervuilingseenheden. De aanslag is niet in strijd met art. 8 EVRM omdat de Verordening zuiveringsheffing Hunze en Aa's niet rept over "gezin of daarmee gelijk te stellen leefeenheid". Voor zover X stelt dat de twee woonruimtes samen een (zelfstandige) woonruimte vormen, mag dat hem niet baten omdat in dit geval X terecht als oudste gebruiker als belastingplichtige is aangewezen.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Waterschapswet 122d