Belanghebbende, X, parkeert zijn auto op 23 oktober 2014 op een parkeerplaats waar parkeerbelasting verschuldigd is voor het parkeren. De heffingsambtenaar legt hem een naheffingsaanslag parkeerbelasting op omdat de verschuldigde belasting niet is voldaan. X stelt dat het onvoldoende kenbaar was dat ter plaatse betaald moest worden.
Hof Amsterdam oordeelt dat voor X voldoende kenbaar was dat ter plaatse parkeerbelasting verschuldigd was voor het parkeren. Het hof sluit zich aan bij het oordeel van de rechtbank dat de belastingplicht voldoende kenbaar is door de aanwezigheid van een parkeerautomaat met daarboven een blauw bord met een "P". Het hof voegt daar nog aan toe dat van een parkeerder mag worden verwacht dat hij adequaat onderzoekt of voor het ter plekke parkeren parkeerbelasting is verschuldigd. X heeft naar het oordeel van het hof niet aan deze onderzoeksplicht voldaan. Het hof verklaart het hoger beroep van X ongegrond.
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden
Instantie: Hof Amsterdam
Editie: 13 juli