Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de rechtbank het op persoonlijke titel ingestelde beroep terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard. X kan namelijk namens A vof in rechte optreden. Hij kan dan niet ook nog eens als privépersoon beroep instellen tegen de aan A vof opgelegde naheffingsaanslag.

Belanghebbende, X, drijft een eenmanszaak. Hij beschikt over verschillende voertuigen die hij tegen vergoeding ter beschikking stelt aan A vof (een rijschool). X is een van de vennoten van A vof. De instructeurs, die de rijlessen verzorgen, zijn de andere vennoten. Geen van de instructeurs beschikt over een VAR-WUO of VAR-dga. In december 2010 maken diverse instructeurs geluidsopnames tijdens vergaderingen, zonder medeweten van X. De opnames worden verstrekt aan de inspecteur. De inspecteur legt vervolgens een btw-naheffingsaanslag aan A vof op. Nadat de inspecteur uitspraak op het bezwaar tegen deze naheffingsaanslag heeft gedaan, stelt X, namens A vof, beroep in tegen de uitspraak op bezwaar. Vervolgens doet hij dat ook nog eens op persoonlijke titel. X trekt vervolgens het beroep dat hij namens A vof heeft ingediend in. Rechtbank Zeeland-West-Brabant verklaart het beroep dat X op persoonlijke titel heeft ingediend niet-ontvankelijk.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de rechtbank het op persoonlijke titel ingestelde beroep terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard. Volgens het hof kan X namelijk, op grond van art. 26a lid 1 AWR, namens A vof in rechte optreden, omdat X onbeperkt bevoegd is om namens A vof in rechte op te treden. Hij kan volgens het hof dan niet ook nog eens als privépersoon, op grond van art. 26a lid 2 AWR, beroep instellen tegen de aan A vof opgelegde naheffingsaanslag. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 26a

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 4 november

9

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen