Hof Amsterdam oordeelt in hoger beroep dat na herziening van een aanslag door middel van een navorderingsaanslag er geen nieuwe termijn van vijf jaren gaat lopen. Er zijn meer dan vijf jaren verstreken na het einde van het kalenderjaar waarop de aanslag betrekking heeft, zodat geen ambtshalve vermindering mogelijk is.
Aan X is in 2019 een navorderingsaanslag over 2013 opgelegd. Inmiddels staat na hoger beroep vast dat zijn bezwaar terecht niet-ontvankelijk is verklaard (zie 20/00774). In de onderhavige procedure is in geschil of het verzoek om ambtshalve vermindering van de aanslag terecht is afgewezen. De inspecteur stelt dat het verzoek buiten de vijfjaarstermijn is binnengekomen. Rechtbank Noord-Holland stelt de inspecteur in het gelijk. X gaat in hoger beroep.
Hof Amsterdam oordeelt dat na herziening van een aanslag door middel van een navorderingsaanslag er geen nieuwe termijn van vijf jaren gaat lopen. Ten tijde van het opleggen van de navorderingsaanslag zijn meer dan vijf jaren verstreken na het einde van het kalenderjaar waarop de aanslag betrekking heeft, zodat X geen verzoek tot ambtshalve vermindering kan doen. X stelt ook vergeefs dat de inspecteur opzettelijk lang heeft gewacht met het opleggen van de aanslag. Het verzoek om ambtshalve vermindering is niet gericht tegen de betreffende vergrijpboete, zodat de afwijzing reeds daarom niet in strijd is met art. 6 EVRM. Het beroep van X is ook voor het overige ongegrond.
Lees ook het thema Navordering.
Wetsartikelen:
Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001 45aa
Wet inkomstenbelasting 2001 9.6
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof Amsterdam
Editie: 5 april