X bv exploiteert een reclame- en mediabureau. Haar directeur en enig aandeelhouder is de heer A. Zijn echtgenote heeft een balletschool en doet de dagelijkse administratie van de bv. A rijdt in een Porsche Panamera en zijn vrouw in een Mini Cooper. Voor beide auto's is geen bijtelling in de LB-sfeer opgenomen. In geschil is de LB-naheffingsaanslag over 2014 tot en met 2016, alsmede de verzuim- en vergrijpboete en in het bijzonder of het bezwaar wegens termijnoverschrijding terecht niet-ontvankelijk is verklaard.
Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de professionele gemachtigde X bv op de aangekondigde correctieverplichtingen had moeten wijzen en op het risico dat anders een verzuim- en vergrijpboete zouden volgen en ook overigens goed de vinger aan de pols had moeten houden. Dit geldt vooral vanwege de persoonlijke omstandigheden waarin A en zijn echtgenote destijds kennelijk verkeerden, zijnde de aardbevingsproblematiek met betrekking tot hun woning en de ernstige ziekte van de echtgenote. De termijnoverschrijding is niet verschoonbaar, ondanks dat X bv de gemachtigde niet van de naheffing op de hoogte zou hebben gesteld. De beroepen van X bv zijn ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet op de loonbelasting 1964 13bis
Algemene wet bestuursrecht 6:11
Algemene wet bestuursrecht 6:9
Algemene wet bestuursrecht 6:7
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
Editie: 2 juni