Aan X wordt wegens het niet tijdig doen van aangifte IB/PVV 2010 een verzuimboete opgelegd van (na bezwaar) € 226.
Hof 's-Hertogenbosch (MK I, 30 juli 2015, 14/00480, V-N Vandaag 2015/1851) oordeelt dat de inspecteur X terecht een verzuimboete van € 226 heeft opgelegd wegens het niet tijdig doen van aangifte. Van afwezigheid van alle schuld is geen sprake. X heeft weliswaar gesteld dat hij alle stukken aan zijn gemachtigde heeft gestuurd, maar ter zitting is gebleken dat de gemachtigde niet verantwoordelijk was voor het doen van aangifte voor X. Met betrekking tot de aanslag oordeelt het hof dat de bewijslast moet worden omgekeerd. X heeft niet aangetoond dat hij recht heeft op de zelfstandigenaftrek en hogere aftrekposten. Nu de aanslag berust op een redelijke schatting, is het hoger beroep van X ongegrond.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen (art. 80a Wet RO).
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 67a
Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e