Het in het VK gevestigde A Ltd houdt de aandelen in belanghebbende, X bv. X bv wordt op 1 juli 2008 gesplitst. Hierbij gaan de bedrijfsactiviteiten over naar de per 1 juli 2008 opgerichte B bv. X bv houdt de aandelen in B bv. Op 2 juli 2008 verkoopt X bv de aandelen in B bv. Naar aanleiding van de VPB-aangifte 2008 komen X bv en de inspecteur overeen dat de fiscale vestigingsplaats van X bv per 1 januari 2009 niet meer in Nederland is gelegen. X bv maakt vervolgens bezwaar tegen de – conform de aangifte opgelegde – VPB-aanslag 2008. X bv stelt dat haar fiscale vestigingsplaats reeds per 2 juli 2008 naar het VK is verplaatst en dat de afspraak zo moet worden begrepen dat de vestigingsplaats in ieder geval op 1 januari 2009 al was verplaatst.
Rechtbank Zeeland – West-Brabant oordeelt dat de afspraak tussen X bv en de inspecteur heeft te gelden als een vaststellingsovereenkomst. Volgens de rechtbank blijkt uit de gevoerde correspondentie dat de datum van 1 januari 2009 herhaaldelijk expliciet als datum van beëindiging van de binnenlandse belastingplicht is genoemd. Verder blijkt uit de brieven volgens de rechtbank ook niet dat X bv op het belastingjaar 2008 heeft willen terugkomen. De rechtbank acht ook van belang dat X bv steeds door een professionele gemachtigde is vertegenwoordigd. Het beroep is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet op de vennootschapsbelasting 1969 8
Wet op de vennootschapsbelasting 1969 2
Algemene wet inzake rijksbelastingen 4
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Vennootschapsbelasting
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Editie: 29 mei