Rechtbank Gelderland oordeelt dat de inspecteur de via omkering van de bewijslast opgelegde navorderingsaanslagen terecht heeft opgelegd. De grove schatting van de navorderingsaanslagen door de inspecteur is gerechtvaardigd omdat in zijn geheel geen administratie aanwezig is.
X verricht werkzaamheden bestaande uit het uitvoeren van de regeling persoonsgebonden budget. Hij meldt zich in 2011 niet als ondernemer bij de Belastingdienst. In 2012 schrijft hij zijn eenmanszaak in bij de kamer van koophandel. X doet voor de jaren 2011 en 2012 aangifte IB/PVV naar een verzamelinkomen van nihil, respectievelijk negatief € 1.869. Voor de jaren 2013 tot en met 2015 doet X geen aangifte. De inspecteur stelt een boekenonderzoek in naar de aanvaardbaarheid van deze aangiftes. Naar aanleiding hiervan legt hij voor alle jaren navorderingsaanslagen op.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat X voor de jaren 2011, 2013 en 2015 niet de vereiste aangifte heeft gedaan. De bewijslast wordt daarom omgekeerd en verzwaard. De door de inspecteur opgelegde aanslagen berusten op een redelijke schatting. De grove schatting is gerechtvaardigd omdat in zijn geheel geen administratie aanwezig is. X heeft ook niet onderbouwd waarom de schatting onjuist zou zijn. De inspecteur mag navorderen. Voor de jaren 2013 en 2015 is X aangemaand om aangiften in te dienen. Nu X dit niet heeft gedaan, is hij in verzuim. De opgelegde verzuimboetes zijn passend en geboden.
Lees ook het thema De aangifteverplichting in de AWR.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 25
Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e
Algemene wet bestuursrecht 7:1a
Algemene wet inzake rijksbelastingen 22j
Wet inkomstenbelasting 2001 9.6
Algemene wet bestuursrecht 6:9
Algemene wet bestuursrecht 6:7
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 24 april