Belanghebbende, X, brengt in haar aangifte IB 2009 € 6.077 aan extra vervoerskosten in aftrek en € 5.395 aan dieetkosten. Haar echtgenoot, A, is invalide en volledig aangewezen op vervoer per eigen auto. De dieetkosten zijn gemaakt voor drie diëten van A en twee diëten van dochter D. De inspecteur schrapt de vervoerskosten helemaal en beperkt de dieetkosten tot € 3.925.
Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat X geen recht heeft op de aftrek van vervoerskosten. De kosten zijn voor X niet hoger dan de uitgaven voor vervoer van personen die niet ziek of invalide zijn, maar wat inkomen, vermogen en gezinsomstandigheden betreft in een gelijke positie verkeren. Verder oordeelt de rechtbank dat het dieetkostenschema in de Uitvoeringsregeling IB 2001 een limitatieve opsomming betreft. Als een dieet niet voorkomt in het schema, is aftrek van de extra uitgaven voor dat dieet niet mogelijk. Ook kan per ziektebeeld slechts één bedrag in aanmerking komen en wel het hoogste van het voor het van toepassing zijnde ziektebeeld geldende bedrag. Aan A zijn in 2009 vier diëten voorgeschreven en twee daarvan zijn gevolgd in verband met hetzelfde ziektebeeld. Dit betekent dat voor deze twee diëten recht bestaat op aftrek van het hoogste forfaitaire bedrag (in dit geval € 1.741) De aftrek voor A komt uit op € 3.689. Bij dochter D is ook sprake van twee diëten gevolgd in verband met hetzelfde ziektebeeld. Daarvoor geldt de hoogste forfaitaire aftrek van € 1.092. De totale dieetkostenaftrek is € 4.781. De rechtbank verklaart het beroep van X gegrond.
Wetsartikelen:
Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001 37
Wet inkomstenbelasting 2001 6.17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Editie: 4 april