Volgens het kabinet is een prijsverhogende maatregel op e-sigaretten een goed middel om het gebruik te ontmoedigen, maar kan een nationale verbruiksbelasting niet binnen de termijn waar de Tweede Kamer in de motie om vraagt worden ingevoerd. Dat schrijven de Staatssecretarissen van Financiën en die van Volksgezondheid, Welzijn en Sport aan de Tweede Kamer.

De Kamer heeft bij de behandeling van het Belastingplan 2024 een motie aangenomen om, vooruitlopend op de herziening van de EU-richtlijn tabaksaccijns, voor de zomer van 2024 een wetsvoorstel in te dienen voor een dergelijke nationale belasting (zie V-N 2023/50.30).

Het kabinet verwacht dat e-sigaretten onderdeel zijn van de herziening van de EU-richtlijn. Ook is het IV-portfolio van de douane overvol en moeten keuzes worden gemaakt. Uitvoeringsorganisaties kunnen een nieuwe belasting op e-sigaretten niet eerder uitvoeren dan 1 januari 2027. Daarom stuurt het kabinet liever aan op een spoedige herziening van de Richtlijn tabaksaccijns. Totdat deze richtlijn is gewijzigd ziet het kabinet geen goede aanknopingspunten om een andere prijsverhogende maatregel in te voeren in de vorm van een minimumverkoopprijs. Een dergelijke maatregel zou juridisch kwetsbaar zijn en bovendien in de komende jaren niet handhaafbaar.

[Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron]

Rubriek: Accijns en verbruiksbelastingen

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 1 juli

Informatiesoort: VN Vandaag

171

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen