Belanghebbende, X, dient haar aangifte IB 2014 in op 18 augustus 2015. Op 4 januari 2016 tekent ze beroep aan tegen de op 17 maart 2016 gedane uitspraak op bezwaar van de inspecteur.
Hof Den Haag oordeelt dat de rechtbank terecht het beroep van X niet- ontvankelijk heeft verklaard omdat het voortijdig was ingediend. Omdat de inspecteur onweersproken heeft verklaard dat hij het bezwaar pas op 4 februari 2016 in behandeling heeft genomen, kan volgens het hof ook niet worden aangenomen dat het besluit ten tijde van de indiening van het beroepschrift op 4 januari 2016 reeds tot stand was gekomen of dat X redelijkerwijs kon menen dat dit het geval was.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 6:10
Algemene wet bestuursrecht 6:8