Hof Arnhem-Leeuwarden constateert dat partijen (nog steeds) met elkaar van mening verschillen over de vloeroppervlakte van het schoolgebouwd en van de daarin te onderscheiden verschillende onderdelen. Dit maakt dat geen van de partijen de door hen bepleite waarde aannemelijk heeft gemaakt.

Belanghebbende, X, is een stichting die eigenaar is van een tot schoolgebouw omgebouwd bedrijfsgebouw. X bepleit verlaging van de WOZ-waarde 2012 van € 2.022.000 naar € 810.000.

Hof Arnhem-Leeuwarden constateert dat partijen (nog steeds) met elkaar van mening verschillen over de vloeroppervlakte van het schoolgebouwd en van de daarin te onderscheiden verschillende onderdelen. Zowel bij de gecorrigeerde vervangingswaardeberekening van de heffingsambtenaar als bij de huurwaardekapitalisatiemethode die X voorstaat, is deze vloeroppervlakte van groot belang. Voor het hof is dit reden om de taxaties van beide partijen te verwerpen. Het Hof merkt daarbij op dat, in het stadium van het hoger beroep en bij vertegenwoordiging van partijen door een deskundige taxateur, uitgangspunt zou moeten zijn dat partijen over de van belang zijnde feiten niet (meer) van mening verschillen, dan wel eenduidig kunnen aangeven op welke onderdelen en waarom zij van mening verschillen. Het hof stelt de WOZ-waarde in goede justitie vast op € 2.000.000.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 28 mei

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen