Hof Den Haag oordeelt dat de rechtbank terecht een wegingsfactor van 0,25 heeft toegepast voor het beroep tegen de onterechte niet-ontvankelijkverklaring in bezwaar.

Belanghebbende, X, maakt bezwaar tegen een naheffingsaanslag parkeerbelasting. De heffingsambtenaar verklaart het bezwaar niet-ontvankelijk, waarna X in beroep gaat. Rechtbank Rotterdam oordeelt in beroep dat het bezwaar ontvankelijk is en kent X een proceskostenvergoeding toe op basis van een wegingsfactor zeer licht (0,25).

Hof Den Haag oordeelt dat de rechtbank terecht een wegingsfactor van 0,25 heeft toegepast voor het beroep tegen de onterechte niet-ontvankelijkverklaring in bezwaar. Deze wegingsfactor (zeer licht) is in overeenstemming met de bewerkelijkheid en complexiteit van de zaak alsmede de werkbelasting van de gemachtigde. Daarbij is van belang dat al voor de zitting bij de rechtbank vaststond dat het bezwaar ten onrechte niet-ontvankelijk is verklaard. Het geschil tussen partijen bij de rechtbank was beperkt tot een onderzoek naar de mogelijkheid van finale beslechting. De beslissing om een lagere wegingsfactor dan 1 toe te passen behoeft geen nadere motivering. Ook heeft de rechtbank een toereikende motivering gegeven.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:75

Instantie: Hof Den Haag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Editie: 17 augustus

Informatiesoort: VN Vandaag

249

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen