X woont in 2018 in Nederland en neemt verplicht deel aan het International Ship Officers Retirement Plan (IRT) van zijn werkgever. X draagt 1% van zijn brutosalaris af en de werkgever stort een leeftijdsafhankelijke bijdrage af in een trustfonds dat wordt beheerd door een Ltd. op Bermuda. In geschil is of de werkgeversbijdrage tot het fiscale loon van X behoort en de waarde van het IRT in aanmerking kan worden genomen voor box 3.
Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat er sprake is van een aanspraak in fiscale zin omdat aan X volgens het IRT Plan daadwerkelijk een juridisch afdwingbaar recht wordt toegekend. Naast zijn reguliere loon krijgt X namelijk elke maand ook een recht om, als hij 60 jaar is, de tegenwaarde van de stortingen plus de beleggingsrendementen uitgekeerd te krijgen. De waarde van het IRT behoort tot de grondslag van box 3 op 1 januari 2018. Het beroep van X is gegrond.
Wetsartikelen:
Wet op de loonbelasting 1964 10
Wet inkomstenbelasting 2001 3.82
Wet inkomstenbelasting 2001 1,7
Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
Rubriek: Inkomstenbelasting, Pensioenen, Loonbelasting
Editie: 21 oktober
Informatiesoort: VN Vandaag