De Wet Wijziging van de Wet toezicht trustkantoren 2018 in verband met maatregelen om trustdienstverlening in gevallen met hoge integriteitrisico’s te verbieden is in het Staatsblad gepubliceerd. De wet treedt op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip in werking.

Met deze wet is ervoor gekozen de trustdienst “om ten behoeve van een cliënt gebruik te maken van een doorstroomvennootschap” te schrappen en tegelijkertijd in de wet een algeheel verbod op te nemen voor het beroeps- of bedrijfsmatig gebruikmaken van doorstroomvennootschappen. Van dit verbod kan vrijstelling worden verleend. Ook verbiedt de wet dienstverlening door trustkantoren, indien de cliënt, de doelvennootschap of de uiteindelijk belanghebbende van de cliënt of doelvennootschap woonachtig of gevestigd is of zijn zetel heeft in een derde-hoogrisicoland. Ten slotte introduceert de wet een verbod dat ziet op dienstverlening aan cliënten, doelvennootschappen, uiteindelijk belanghebbenden van cliënten en doelvennootschappen uit landen die op de lijst van non-coöperatieve landen op belastinggebied staan. Opdat trustkantoren hun huidige dienstverlening in lijn kunnen brengen met genoemde verboden, geldt een inlooptermijn van zes maanden na inwerkingtreding van de wet.

Aan het wetsvoorstel (36102) is aandacht besteed in V-N 2022/24.16.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal ondernemingsrecht

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 22 februari

18

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen