Het eerder aangekondigde wetsvoorstel spoedreparatie fiscale eenheid is bij de Tweede Kamer ingediend. Het wetsvoorstel werkt deels terug tot en met 25 oktober 2017, 11.00 uur (zie V-N 2017/52.13).

Het wetsvoorstel is een reactie op een arrest van het Hof van Justitie EU (V-N 2018/11.14) en de daaraan voorafgaande conclusie van de A-G HvJ EU (V-N 2017/52.12). Het kabinet concludeert dat na de uitspraak van het HvJ EU de voordelen in EU-situaties moeten worden onthouden. Dit is alleen mogelijk door in binnenlandse situaties ‘strenger’ te worden door de voordelen in die situaties te onthouden. De aanpassing is dat in ieder geval de waarschijnlijk meest kwetsbare elementen van de fiscale eenheid in een binnenlandse situatie niet langer leiden tot een meer gunstige behandeling dan in een vergelijkbare EU-situatie. Met een overgangsmaatregel krijgen belastingplichtigen de gelegenheid om binnen een tijdelijke overgangsperiode bepaalde gevolgen van de spoedreparatiemaatregelen te voorkomen (V-N 2018/24.14).

Met het wetsvoorstel worden enkele regelingen in de vennootschapsbelasting en dividendbelasting toegepast alsof er geen fiscale eenheid is. Het gaat om de renteaftrekbeperking ter voorkoming van winstdrainage, bepaalde onderdelen van de deelnemingsvrijstelling, de herwaarderingsverplichting voor laagbelaste beleggingsdeelnemingen, de renteaftrekbeperking bovenmatige deelnemingsrente en de verliesverrekening bij wijziging van het belang, met inachtneming van alle regelingen die daarmee verband houden. Deze regelingen moeten worden toegepast als ware er geen fiscale eenheid. Hetzelfde geldt voor de afdrachtvermindering voor dooruitdelingen in de Wet DB 1965.

Het wetsvoorstel bevat ook het herstel van een omissie in de innovatiebox (V-N 2018/11.17).

[Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Vennootschapsbelasting

Editie: 7 juni

13

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen