Het besluit over de margeregeling; regeling voor gebruikte goederen, kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten, is gewijzigd.

De wijziging betreft de verwerking van de wijziging van de margeregeling voor kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten per 1 januari 2025. Naar aanleiding hiervan zijn toelichtende teksten aangepast en vervallen de in onderdeel 5.6.1 opgenomen goedkeuringen inzake de toepassing van het verlaagde BTW-tarief en de margeregeling bij intracommunautaire verwerving van kunstvoorwerpen. Voorts is het arrest van het Hof van Justitie EU van 13 juli 2023 (Mensing II; C-180/22, V-N 2023/33.19) verwerkt in dit besluit. Ten slotte zijn de gevolgen van de inwerkingtreding per 1 januari 2025 van de Wet implementatie Richtlijn kleineondernemersregeling verwerkt.

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2025. De wijziging betreft het besluit van 17 juli 2014, nr. BLKB2014/546M (Stcrt. 2014, 21054, V-N 2014/41.14), zoals laatstelijk gewijzigd bij besluit van 20 december 2019, nr. 25271 (Stcrt. 2019, 66217, V-N 2020/5.16).

Wetsartikelen:

Wet op de omzetbelasting 1968 28b

[Nieuwsbron]

Rubriek: Omzetbelasting

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 30 december

Informatiesoort: VN Vandaag

49

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen