Belanghebbende (X) drijft in de vorm van een eenmanszaak een melkveehouderij. Op het perceel waar de onderneming op wordt gedreven, staat een stolpboerderij. Het woongedeelte van de stolpboerderij behoort tot belanghebbendes privévermogen. Het deel van de stolpboerderij dat tot het ondernemingsvermogen wordt gerekend, bestaat uit een stal en een hooiberg. Belanghebbende staakt op 30 april 2008 zijn onderneming. In geschil is of de waardedrukking in verband met de zelfbewoning alleen van toepassing is op het deel van de stolpboerderij dat tot het privévermogen behoort, of op de hele stolpboerderij, wat belanghebbende bepleit.
Rechtbank Haarlem stelt vast dat het woongedeelte en het bedrijfsgedeelte tezamen één onroerende zaak vormen. Beide gedeelten zitten namelijk onder één dak (stolp) en zijn binnendoor over en weer vrij toegankelijk. Hierbij acht de rechtbank het niet van belang dat de stolpboerderij fiscaal in privé- en ondernemingsvermogen is gesplitst. Vervolgens stelt de rechtbank vast dat het bedrijfsgedeelte al geruime tijd alleen maar dienstbaar is aan het woongedeelte en dat daarom de gehele stolpboerderij voor min of meer duurzame zelfbewoning wordt gebruikt. De waardedrukking geldt de gehele stolpboerderij, inclusief het bedrijfsgedeelte. Het gelijk is aan belanghebbende. De rechtbank vermindert de aanslag.