Rechtbank Gelderland oordeelt dat de bedrijfswaarde geldt voor een commerciële parkeergarage onder een kantorencomplex. Bij het bepalen van de bedrijfswaarde mag de heffingsambtenaar uitgaan van de leegstand in het bovengelegen kantorencomplex.

X is eigenaar van een parkeergarage voor betaald parkeren. Boven de parkeergarage bevindt zich een kantorencomplex. Omdat sprake is van commerciële exploitatie, waardeert de heffingsambtenaar de garage op de bedrijfswaarde. Vanwege het gebrek aan leegstandscijfers voor parkeergarages gaat de heffingsambtenaar uit van de leegstandscijfers in het bovengelegen kantorencomplex.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat volgens vaste jurisprudentie de WOZ-waarde van een commercieel geëxploiteerde parkeergarage inderdaad gelijk is aan de bedrijfswaarde. De bedrijfswaarde wordt bereikt door het toepassen van een correctie voor functionele veroudering. De rechtbank is van mening dat bij gebrek aan leegstandcijfers de heffingsambtenaar mag aansluiten bij de leegstand in de bovengelegen kantoren. Er is dan wel geen één-op-één relatie met deze kantoren, maar wel een causaal verband, aldus de rechtbank. De heffingsambtenaar mag in deze zaak daarom uitgaan van een feitelijke leegstand van 33,3%. Het beroep is ongegrond en de waarde blijft in stand.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 11 mei

14

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen