Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de WOZ-waarde van een horecapaviljoen per 1 januari 2020 correct is vastgesteld op € 312.000. Het hof verwerpt het standpunt van X dat de coronacrisis een wijziging van de toestandsdatum rechtvaardigt.
X is gebruiker van een horecapaviljoen met berging en terras, gelegen op een perceel van 1145 m2. De heffingsambtenaar heeft de WOZ-waarde van de onroerende zaak per 1 januari 2020 vastgesteld op € 312.000. X stelt dat de WOZ-waarde € 239.000 moet zijn en gaat in bezwaar en (hoger)beroep. In hoger beroep verklaart de gemachtigde van X dat het hof zich kan beperken tot de grieven die ter zitting naar voren zijn gebracht. X voert aan dat de coronacrisis een wijziging van de toestandsdatum naar 1 januari 2021 rechtvaardigt en dat de heffingsambtenaar fouten heeft gemaakt bij de objectafbakening. In geschil is of de waarde van de onroerende zaak per waardepeildatum 1 januari 2020 te hoog is vastgesteld.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de heffingsambtenaar de onroerende zaak correct heeft afgebakend en de waarde per 1 januari 2020 juist heeft vastgesteld. Het hof stelt dat de coronacrisis geen wijziging van de toestandsdatum rechtvaardigt, omdat X geen specifiek voor de onroerende zaak geldende omstandigheden heeft aangetoond. De heffingsambtenaar heeft de waarde onderbouwd met een taxatieverslag en een kapitalisatiefactor gebaseerd op de Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie. Het hof acht de gehanteerde huurwaarde en kapitalisatiefactor niet te hoog. De heffingsambtenaar heeft bovendien een aftrek toegepast vanwege de coronacrisis, hoewel dit niet noodzakelijk was. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank. Het hoger beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 18
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Rubriek: Waardering onroerende zaken
Editie: 4 februari
Informatiesoort: VN Vandaag