X is het niet eens met de WOZ-beschikkingen 2018 van twee melkveebedrijven in de gemeente Meierijstad.

Rechtbank Oost-Brabant oordeelt dat de WOZ-waardering van melkveehouderijen in Brabant wordt beïnvloed door de strengere regels die in dit gebied gelden. De gemeente Meierijstad heeft niet aannemelijk gemaakt dat zij met deze omstandigheid voldoende rekening heeft gehouden bij de WOZ-waardering van de twee melkveehouderijen van X. Van de 19 verkoopcijfers die de heffingsambtenaar in het geding heeft gebracht, is er slechts één melkveehouderij. Dit bedrijf is echter gekocht door een tuinder en bij de omschrijving bij dit bedrijf staat ‘overig agrarisch’. De rechtbank oordeelt dat de gemeente niet in haar bewijslast is geslaagd. X heeft zijn stelling dat de waarde nihil is echter evenmin aannemelijk gemaakt. De rechtbank verklaart het beroep van X gegrond en verlaagt de WOZ-waarden naar € 450.000 (was: € 590.000) respectievelijk € 650.000 (was: € 711.000).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17