Belanghebbende, de heer X, is mede-eigenaar van een perceel bouwgrond met een oppervlakte van 1.135 m². De WOZ-waarde van het perceel inclusief het nog in aanbouw zijnde benzinestation is door de gemeente voor het belastingjaar 2015 vastgesteld op € 798.000. X heeft het perceel samen met twee anderen in oktober 2014 aangekocht voor € 798.600 inclusief btw. Volgens X heeft als waarde van de grond te gelden de prijs waarvoor de gemeente de grond zelf kort daarvoor had verkocht, zijnde € 268.605.
Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de waarde moet worden gebaseerd op de door X betaalde aankoopprijs inclusief btw (zie HR 29 november 2000, nr. 35.797, ECLI:NL:HR:2010:AA8610). De omstandigheid dat de kopers volgens de leveringsakte van 18 december 2014 recht op schadevergoeding zouden hebben als de omgevingsvergunning niet vóór 1 juli 2015 onherroepelijk zou zijn geworden, behoort tot de voorwaarden waaronder de koop is gesloten en moet dus geacht worden in de overeengekomen prijs te zijn verdisconteerd. Het beroep van X is echter gegrond omdat de waarde moet worden bepaald volgens de methode van de gecorrigeerde vervangingswaarde en die is exclusief omzetbelasting voor zover de ondernemer die in aftrek kan brengen. Dit volgt uit art. 4 lid 2 Uitv. reg. instructie waardebepaling Wet WOZ. X kan de in rekening gebrachte btw namelijk aftrekken. De rechtbank stelt de waarde vast op € 660.000.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 22
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Editie: 19 oktober