Hof Amsterdam oordeelt in hoger beroep dat de gemeente Bergen (N-H) aannemelijk maakt dat voldoende rekening is gehouden met de verschillen - zoals perceelgrootte en ligging - tussen de referentiewoningen en de woning van de heer X.

De heer X is eigenaar van een vrijstaande in 2008 gebouwde woning in de gemeente Bergen (N-H). In geschil is de WOZ-beschikking van 2011 ad € 1.173.000. Volgens X is de waarde van de woning niet meer dan € 1.050.000. Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de uitspraak op bezwaar toereikend is gemotiveerd. Er is namelijk uitdrukkelijk ingegaan op alle bezwaarpunten van X. De gemeente maakt voorts met de gegevens - waaronder de verkoopprijzen - van diverse referentiewoningen voldoende aannemelijk dat de vastgestelde waarde niet te hoog is. X gaat in hoger beroep. Hof Amsterdam oordeelt dat de gemeente aannemelijk maakt dat voldoende rekening is gehouden met de verschillen - zoals perceelgrootte en ligging - tussen de referentiewoningen en de woning van X. Voorts is voldoende inzichtelijk gemaakt hoe het woonoppervlak van de woning is berekend. De gemeente is in dat kader terecht uitgegaan van de bouwtekeningen. De gemeente slaagt dus in het bewijs dat de waarde niet te hoog is vastgesteld. Het beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Waardering onroerende zaken

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 18 augustus

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen