Rechtbank Oost-Brabant oordeelt dat de heffingsambtenaar de WOZ-waarde van een ziekenhuis aannemelijk maakt. Zowel de herbouwkosten als restwaarde worden onder meer met behulp van de Taxatiewijzer Ziekenhuis voldoende onderbouwd. Eiseres slaagt niet in zijn bewijs tot het toepassen van een hogere functionele correctie voor belemmering gebruiksmogelijkheden.

Eiseres is eigenaar en gebruiker van een ziekenhuis. Het ziekenhuis is gebouwd in 2010 en heeft voor belastingjaar 2019 een WOZ-waarde van € 43.200.000. In bezwaar verlaagt de heffingsambtenaar de WOZ-waarde naar € 42.900.000. X bepleit echter een WOZ-waarde van € 37.000.000 en gaat in beroep.

Rechtbank Oost-Brabant oordeelt dat de heffingsambtenaar de gecorrigeerde vervangingswaarde voldoende aannemelijk maakt. De heffingsambtenaar maakt hierbij gebruik van de kengetallen uit Taxatiewijzer Ziekenhuizen en het Algemene deel van de Taxatiewijzer. Voor de herbouwkosten gaat de heffingsambtenaar terecht uit van de eigen bouwkosten, die eveneens in de Taxatiewijzer zijn opgenomen en liggen onder het gemiddelde van de bandbreedte. Voor de restwaarde verwijst de heffingsambtenaar nog naar een tweetal verkochte ziekenhuizen die aan het einde van hun gebruiksduur zitten. De gemeente voldoet hiermee aan de stelplicht en bewijslast. Voor het toepassen van een hogere functionele correctie ligt de bewijslast bij eiseres. Eiseres slaagt hierin niet, door enkel een bedrag aan noodzakelijke investeringen te noemen. Het beroep is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Rechtbank Oost-Brabant

Editie: 8 april

14

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen