De civiele kamer van Rechtbank Amsterdam oordeelt dat de ontvanger het door ESP overgemaakte bedrag in het kader van de zekerheidsstelling in 2005 niet als een betaling mag aanmerken. Dit bedrag was namelijk slechts overgemaakt om zekerheid te verschaffen voor de eventuele betaling.

ESP Consultancy wordt in 2004 door de ontvanger aansprakelijk gesteld voor een door Acon Infoservice bv niet betaalde LB/PVV-naheffingsaanslag. ESP verzoekt om uitstel van betaling en wil daarbij een bedrag op een G-rekening als zekerheid verstrekken. De ontvanger gaat hiermee akkoord. In 2016 wijst de Hoge Raad arrest, waarbij de aansprakelijkstelling in stand blijft en daarmee onherroepelijk vaststaat. De ontvanger verzoekt ESP vervolgens om het openstaande bedrag te betalen. ESP stelt vervolgens dat de belastingschuld is verjaard. De ontvanger boekt vervolgens de bedragen die als zekerheidsstelling in depot stonden, af op de aansprakelijkstelling. Volgens de ontvanger is de belastingschuld inderdaad verjaard, maar is er geen sprake van verrekening, en ook niet van dwanginvordering.

De civiele kamer van Rechtbank Amsterdam oordeelt dat de ontvanger het door ESP overgemaakte bedrag in het kader van de zekerheidsstelling in 2005 niet als een betaling mag aanmerken. Volgens de rechtbank was het namelijk niet de bedoeling van ESP om met het overmaken van het bedrag de aansprakelijkheidsschuld te betalen, maar om aan de ontvanger zekerheid te verschaffen dat zij de aansprakelijkstelling zou kunnen betalen indien zij daartoe werd veroordeeld. Verder merkt de rechtbank nog op dat de ontvanger het bedrag destijds ook niet als betaling heeft aangemerkt. De rechtbank veroordeelt de ontvanger om € 46.901,72 aan ESP te betalen.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Invordering

Instantie: Rechtbank Amsterdam

Editie: 4 februari

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen