Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de gehele benedenverdieping van de eigen woning van X in gebruik is bij zijn bv en valt onder de terbeschikkingstellingsregeling. Doordat niet X zelf maar zijn werknemers en relaties hiervan gebruikmaken doet de zelfstandigheid van deze werkruimte er niet toe.

X verhuurt de benedenverdieping van zijn eigen woning aan zijn eigen vennootschap X bv. Deze huuropbrengsten verantwoordt hij onder de terbeschikkingstellingsregeling. Hierdoor leidt een waardedaling van de eigen woning op het moment dat de verhuur eindigt (deels) tot een verlies in box 1. De inspecteur wijst dit af omdat er geen sprake zou zijn van een zelfstandige werkruimte.

Hof Arnhem-Leeuwarden overweegt dat van doorslaggevend belang is wie er gebruikmaken van de benedenverdieping. De eis dat er sprake moet zijn van een zelfstandige werkruimte geldt namelijk alleen voor het gebruik door X. Indien de werkruimte wordt gebruikt door zijn werknemers en zakelijke relaties speelt de zelfstandigheid van de werkruimte fiscaal geen rol meer. Het hof oordeelt dat de benedenverdieping daadwerkelijk in gebruik is bij X bv en meer in het bijzonder bij werknemers en relaties hiervan. Aangezien X veelvuldig en langdurig in het buitenland verblijft doet de zelfstandigheid van de werkruimte er niet toe. De waardedaling van de benedenverdieping leidt zodoende tot een negatief resultaat uit overige werkzaamheden.

Lees ook het thema De terbeschikkingstellingsregelingen

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.92

Wet inkomstenbelasting 2001 3.93

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 7 november

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen