Belanghebbende, X, exploiteert een Turkse bakkerij. Naar aanleiding van aangetroffen zwarte administraties bij twee Belgische leveranciers krijgt X een naheffingsaanslag omzetbelasting opgelegd verhoogd met een boete. Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de inspecteur aannemelijk heeft gemaakt dat X bij de Belgische leveranciers inkopen heeft gedaan, die X niet in de administratie heeft opgenomen en dat daar tegenover ook aanzienlijke bedragen aan niet geboekte omzet stonden, al is die omzet volgens de rechtbank lager dan door de inspecteur is berekend.
Hof Den Bosch stelt voorop dat omkering en verzwaring van de bewijslast op grond van artikel 52 AWR niet aan de orde komt nu de door de inspecteur gestelde schending van het artikel vóór 1 juli 2011 is geconstateerd en de naheffingsaanslag na 1 juli 2011 is opgelegd en de inspecteur geen informatiebeschikking heeft genomen. Of bij X sprake zou zijn van niet verantwoorde inkoop kan het hof niet vaststellen omdat de inspecteur de inkoopfacturen van X niet in het geding heeft gebracht. Ook heeft een Belgische leverancier tegenstrijdige verklaringen afgelegd en heeft de inspecteur de bij de correcties gehanteerde brutowinstpercentages niet onderbouwd. De inspecteur maakt ook overigens niet aannemelijk dat X in het naheffingstijdvak zwart meel heeft verwerkt of doorverkocht. Dit alles leidt ertoe dat het hof de naheffingsaanslag, de boete en de uitspraak van de rechtbank vernietigt.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 52a
Algemene wet inzake rijksbelastingen 52
Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 29 januari