Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat X nog steeds niet aannemelijk maakt dat hij recht heeft op een Wajonguitkering of arbeidsondersteuning. De jonggehandicaptenkorting is dus weer terecht geweigerd.
X vraagt vanaf 2010 steeds de jonggehandicaptenkorting aan, terwijl hij geen Wajonguitkering heeft. X procedeert er steeds weer vergeefs over (zie V-N 2018/53.1.3, V-N 2018/62.24.3 en V-N 2022/21.31.13). In geschil zijn thans de jaren 2019 en 2020. X stelt dat hij wordt gediscrimineerd vanwege zijn etnische afkomst, al dan niet gecombineerd met de opname van zijn gegevens in de Fraude Signalering Voorziening (FSV).
Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat X nog steeds niet aannemelijk maakt dat hij recht heeft op een Wajonguitkering of arbeidsondersteuning. De jonggehandicaptenkorting is dus weer terecht geweigerd. X stelt vergeefs dat sprake is van etnisch profileren en bewuste misdadigheid vanuit racistisch/fascistisch oogpunt. De FSV is per 27 februari 2020 stop gezet, dus nog voordat X de betreffende aangiften had ingediend. Er is bovendien niet gemotiveerd hoe zijn fundamentele grondrechten in dit specifieke geval zijn geschonden. X wordt voorts verzocht te stoppen met zijn agressieve en schofferende taalgebruik jegens de inspecteur en de rechtbank, alsmede gebruik te maken van de door de inspecteur geboden hulp om te onderzoeken of kwijtschelding van zijn openstaande belastingschuld mogelijk is. Het beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 8.16a
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Belastingrecht algemeen
Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
Editie: 17 mei