X koopt in 2016 een perceel grond. Op het perceel was in de jaren ’60 een woning gebouwd die in 1966 volledig is afgebrand. Ten tijde van de verkrijging was er nog wel een berging-stalling. X is van mening dat er voor de overdrachtsbelasting sprake is van een woning en dat ten onrechte het tarief van 6% is toegepast.
Rechtbank Den Haag oordeelt dat de onroerende zaak die X heeft verkregen niet is aan te merken als een woning. Het overdrachtsbelastingtarief van 2% is dan niet van toepassing. Op het moment van de verkrijging door X bestond de onroerende zaak uit een perceel grond met een berging-stalling. De berging-stalling is oorspronkelijk gebouwd als aanhorigheid ten behoeve van een woning en is naar zijn aard niet voor bewoning bestemd. Verder is er ook geen sprake van een woning in aanbouw. Zo de oude fundering al bovengronds aanwezig was, wat X niet aannemelijk heeft gemaakt, dan staat vast dat deze oude fundering niet is gebruikt voor de nieuwe woning. Het gelijk is aan de inspecteur.
Wetsartikelen:
Wet op belastingen van rechtsverkeer 14
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van rechtsverkeer
Instantie: Rechtbank Den Haag
Editie: 9 februari