Hof Den Haag oordeelt dat compensatie aan X moet worden geboden. Daarbij wordt alleen rekening gehouden met het werkelijk behaalde rendement. Er wordt geen rekening gehouden met de (eventuele) waardestijging van de woning en een forfaitair bepaald voordeel uit eigen gebruik.

Belanghebbende, X, en zijn echtgenote Y, richten in 2014 een SCI, Z, op. Z is fiscaal transparant en koopt een vakantiewoning in Frankrijk voor € 1,7 mln. Daarbij is € 60.000 aan Franse belastingen verschuldigd. De financiering van de woning vindt plaats via een lening van € 1,7 mln van een Franse bank. Y ontvangt een schenking van € 1,8 mln en maakt € 1.760.000 over van haar rekening naar een beleggingsrekening van haar en X. In zijn IB-aangifte claimt X voor de waarde van de woning van € 1.760.000 aftrek ter voorkoming van dubbele belasting. De inspecteur is van mening dat rekening moet worden gehouden met de lening van € 1,7 mln en gaat voor de voorkoming uit van een bedrag van € 60.000. X is het daar niet mee eens. Rechtbank Den Haag oordeelt dat de inspecteur bij de berekening van de aftrek ter voorkoming van dubbele belasting terecht rekening heeft gehouden met de lening. In hoger beroep stelt X dat recht bestaat op een hogere voorkomingsaftrek en dat het box 3-inkomen € 20.763 bedraagt in plaats van € 44.054.

Hof Den Haag oordeelt dat, in afwijking van de Wet rechtsherstel box 3, compensatie aan X moet worden geboden. Daarbij wordt alleen rekening gehouden met het werkelijk behaalde rendement. Er wordt geen rekening gehouden met de (eventuele) waardestijging van de woning en een forfaitair bepaald voordeel uit eigen gebruik. Omdat de woning niet wordt verhuurd, wordt voor de woning geen inkomen in aanmerking genomen. Het hof sluit zich aan bij de berekening van X. Met betrekking tot de aftrek ter voorkoming van dubbele belasting stelt het hof vast dat de lening verband houdt met de woning. Uit de gang van zaken volgt dat Z de lening is aangegaan met de woning als onderpand. Verder is de schenking uiteindelijk gestort op de beleggingsrekening en is de lening na ontvangst van de schenking onder dezelfde voorwaarden in stand gebleven. Het hof hecht dan ook geen belang aan de stelling van X dat de lening verband houdt met de beleggingsrekening.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 5.2

Besluit voorkoming dubbele belasting 2001 23

Instantie: Hof Den Haag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Internationaal belastingrecht

Editie: 29 maart

Informatiesoort: VN Vandaag

Dossiers: Box 3

13235

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen