Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat het voordeel voor X het redelijkerwijs te verwachten rendement bij normaal actief vermogensbeheer niet te boven kan gaan. Er is geen sprake van ROW.

Belanghebbende, X, houdt de aandelen in A bv. In 2005 koopt Y, de broer van X, een pand. In 2006 richten A bv en Y samen B bv op. In 2007 koopt X een pand. Dit pand ligt naast het pand van Y. X, Y en B bv sluiten vervolgens een overeenkomst tot herontwikkeling van de panden tot seniorenappartementen. In 2011 wordt de realisatie stopgezet en wordt B bv ontbonden. De bouwrechten keren vervolgens terug naar de broers. In 2016 verkopen zij de appartementsrechten aan A bv. In verband met de verkoop verantwoordt X een negatief ROW-resultaat van € 83.000. De inspecteur is van mening dat geen sprake is van ROW, en dus ook niet van een verlies. Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X geen ROW-verlies heeft geleden.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat, gezien de overeenkomst uit 2007, het voordeel voor X het redelijkerwijs te verwachten rendement bij normaal actief vermogensbeheer niet te boven kan gaan. Er is geen sprake van ROW. Hetzelfde geldt voor de verkoop in 2016: alleen A bv zou na de verkrijging van de grond appartementen realiseren. De winst uit de ontwikkeling komt niet toe aan X. Verder maakt X ook niet aannemelijk dat hij, naast de vergoeding voor de grondwaarde van de appartementsrechten, een aanvullende vergoeding heeft bedongen, ontvangen of beoogd. Het in 2016 behaalde negatieve resultaat is niet aan te merken als ROW. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank.

Lees ook de thema's Vastgoedexploitatie in de inkomstenbelasting en De terbeschikkingstellingsregelingen.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.91

Wet inkomstenbelasting 2001 3.90

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Rubriek: Inkomstenbelasting

Editie: 29 maart

Informatiesoort: VN Vandaag

Focus: Focus

1803

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen